Wetenschap voor kinderen is méér dan leuke proefjes doen

Een van de landelijke hotspots voor wetenschapscommunicatie voor kinderen vind je aan de Radboud Universiteit in Nijmegen. Dit wetenschapsknooppunt, het WKRU, was het eerste van zijn soort in Nederland. Vanwege aangekondigde bezuinigingen binnen de universiteit valt het doek eind dit jaar, maar voordat het zover is kun je Sanne Dekker en Jan van Baren-Nawrocka van het WKRU, naast anderen, nog één keer zien schitteren op het minisymposium Beyond Fun dat NEWS op 13 november met het WKRU in Nijmegen organiseert.

Sanne en Jan voelen zich er al jaren thuis. Het Berchmanianum, het voormalig kloosterverblijf aan de rand van Nijmegen, straalt met zijn groen geglazuurde tegeltjes in de gangen rust en regelmaat uit. Vanuit dit statige universiteitsgebouw bedacht het WKRU succesvolle manieren om kinderen bij wetenschap te betrekken – en andersom.

Onderzoekend leren     

De wetenschapsknooppunten zijn het initiatief van hoogleraar tumorimmunologie Carl Figdor, die in 2009 het eerste wetenschapsknooppunt van Nederland oprichtte in Nijmegen. Hij deed dit vanuit zijn gedrevenheid om wetenschap te delen met kinderen. ‘De focus lag vanaf de start op leerlingen inspireren om eigen onderzoek te doen,’ vertelt Jan, die in dezelfde tijd als promovendus voor het eerst met de organisatie in aanraking kwam en nu projectleider is.  ‘Onderzoekend leren spoort kinderen aan om vragen te stellen en op zoek te gaan naar de antwoorden. Ons lesmateriaal helpt ze daarbij, bijvoorbeeld door het bedenken van een onderzoeksvraag, en een manier vinden om daar een antwoord op te krijgen.’

Sanne, het hoofd van het WKRU, vertelt hoe ze kennis over onderzoekend leren de afgelopen jaren hebben ontwikkeld en gebundeld in het boek Leidraad Onderzoekend Leren. ‘Het is een uitgebreide handleiding voor basisschoolleraren om hun leerlingen te begeleiden bij het bedenken van onderzoek én het uitvoeren daarvan. Maar onderzoekend leren stopt niet bij groep 8, daarom ontwikkelden we ook een leerlijn die loopt van kleuterklas tot examenklas en ook docenten aan middelbare scholen houvast biedt bij het aanleren van onderzoeksvaardigheden.’

Het gaat om het resultaat

Wetenschappers kunnen veel indruk maken, dat toonde het WKRU aan met Meet de Professor. Sanne: ‘Hoogleraren stapten voor dit initiatief gekleed in toga op de fiets, om na een tochtje door de stad een gastles te verzorgen op een basisschool in de buurt. We hebben het een aantal keer georganiseerd tijdens lustrumvieringen van de universiteit. Kinderen en wetenschappers vonden het geweldig, en het levert prachtig beeldmateriaal op. De universiteiten in Utrecht, Leiden, Amsterdam en Rotterdam namen het al snel over.’

Een ander doorlopend project is Onderzoeker in de klas. ‘Daarin bereiden we jonge wetenschappers voor op hun bezoek aan een schoolklas, waar ze samen met de kinderen onderzoekend aan de slag gaan.’ Toen het WKRU moest kiezen tussen Meet the professor en Onderzoek in de klas, koos het voor het laatste, want het resultaat telt. Sanne: ‘Bij Onderzoeker in de klas snijdt het mes echt aan twee kanten: de kinderen komen in aanraking met wetenschap, en jonge onderzoekers leren om op een toegankelijke manier over hun onderzoek te vertellen.’

Vijf inzichten na 16 jaar WKRU:

  • Voor goede wetenschapscommunicatie is het essentieel dat je het leuk maakt voor kinderen, maar daarbij het leren over wetenschap niet uit het oog verliest.
  • Wetenschappers en kinderen hebben zoveel gemeen dat er maar weinig nodig is om elkaar te inspireren.
  • Wetenschapscommunicatie voor kinderen werkt twee kanten op. Kinderen raken vertrouwd met onderzoek en leren hoe wetenschappers te werk gaan. De onderzoekers zelf leren hun vak te vertalen en anderen te enthousiasmeren voor hun werk.
  • Het resultaat telt – het beste PR-moment is niet altijd het meest waardevol voor deelnemende kinderen.
  • Onderzoek door kinderen kan zeer uitgebreid, bijvoorbeeld in de vorm van young citizen science, maar het kan ook heel klein zijn: bijvoorbeeld dat je een vraag van een kind niet direct beantwoordt, maar dat je er een klein onderzoek van maakt.

Nalatenschap

Er lopen nog allerlei andere projecten waar het WKRU een groot aandeel in heeft, zoals Alle scholen verzamelen. Jan: ‘Dat is ontstaan vanuit het idee om de krachten te bundelen met de andere wetenschapsknooppunten. Het is een oproep aan alle basisscholen in Nederland om bij te dragen aan écht wetenschappelijk onderzoek, dat vervolgens ook gepubliceerd wordt. De kinderen die meedoen maken kennis met de wetenschappers en hun onderzoek met behulp van door ons ontwikkelde video’s en lesmateriaal, en helpen daarna een dag mee met het verzamelen van data.’

‘Al het lesmateriaal dat we de afgelopen jaren maakten blijft beschikbaar,’ vertelt Jan. ‘We hebben alles samengebundeld op www.weteninschapindeklas.nl, en alles is gratis te gebruiken.’ Zo blijft er een nalatenschap online nadat het WKRY eind dit jaar stopt, omdat de Radboud Universiteit de financiering beëindigt vanwege bezuinigingen. Internationaal is het werk in Nijmegen de afgelopen jaren niet onopgemerkt gebleven. ‘Laatst kregen we bijvoorbeeld een mail van de universiteit van Glasgow, of ze onze Leidraad Onderzoekend Leren en bijbehorende video’s en lesmaterialen mogen vertalen om in hun lerarenopleiding te gebruiken.’

Een kijkje onder de motorkap

Tijdens het aanstaande minisymposium Beyond Fun op 13 november, georganiseerd met NEWS, kun je het WKRU nog één keer in actie zien. Jan: ‘Tijdens het symposium willen we benadrukken dat wetenschap voor kinderen leuk is, maar dat het méér moet zijn dan dat. Wij willen ze meer bieden dan bijvoorbeeld alleen een leuk proefje. We willen ze het proces bijbrengen, een kijkje onder de motorkap van de wetenschap, in contact komen met de mensen die het werk doen. het helpt dat wetenschap kinderen van nature aanspreekt, omdat ze van zichzelf nieuwsgierig en enthousiast zijn. Als je die eigenschappen weet te benutten, dan neem je ze echt mee in de wereld van het onderzoek.’ Volgens Jan illustreert het laatste WKRU-project hoe je kinderen en hun vaardigheden serieus moet nemen. ‘Het gaat over de slavenregisters van Suriname. Door in een vereenvoudigd archief op zoek te gaan naar missende gegevens leren ze over wat er daar is gebeurd én hoe archiefonderzoek werkt. Door kinderen in aanraking te brengen met een onderzoeker die met hart en ziel aan diens onderzoek werkt, creëren we een overlap in belevingswereld en komen kinderen écht tot de inhoud. En daarnaast hebben ze ook nog eens veel lol in het proces.’