‘Het is een test van je maatschappelijke relevantie’

Maarten Koreman (TU Delft) verdedigde onlangs zijn proefschrift over de toekomst van jongvolwassenen op het platteland. Zoals gebruikelijk deed hij dat voor een commissie van wetenschappers, maar hij wilde zich ook op een andere manier verantwoorden. Daarom organiseerde hij een ‘maatschappelijke verdediging’, waarbij drie jongeren uit de doelgroep van zijn onderzoek zijn proefschrift tegen het licht hielden. ‘Is dit relevant voor jullie? Kloppen deze uitkomsten volgens jullie?’

Maarten (30) raakte tijdens de begrafenis van zijn heeroom geïnspireerd door de kracht van de gemeenschap op het platteland. ‘Die had zijn hele werkzame leven als missionaris in Mali geleefd, maar zijn geboortedorp Kelpen-Oler had altijd een sterke band met zijn werk onderhouden. De kerk zat dan ook vol bij de begrafenis.’

Voor zijn promotie keek Maarten juist naar de toekomst van plattelandsgebieden in Nederland. ‘Voor mijn promotieonderzoek werkte ik veel met jongeren op het platteland. Ik sprak hen over hun toekomstdromen, hun rol op het platteland, de mogelijkheden die ze zagen voor plattelandsontwikkeling en het versterken van plattelandsgebieden.’ Helaas moest Maarten onderzoek doen in de tijd van covid. ‘Dit betekende dat veel interactie met hen via schermen verliep, dat vond ik jammer.’

De promovendus en zijn opponenten tijdens zijn maatschappelijke verdediging. Van links naar rechts: Feline de Jong, Kylian Luik, Nikita van Lunzen en Maarten Koreman.

Toen de datum van zijn verdediging zich aandiende, begon er iets te knagen bij Maarten. ‘Bij het einde van een promotie draait het om het afmaken van je publicaties en het proefschrift, dat is nou eenmaal het systeem.’ Hij vond het desondanks een onbevredigend einde van het traject dat hij voor zijn onderzoek had afgelegd. Om dit gevoel te verwoorden, nam hij een stelling in zijn proefschrift op die luidde: ‘Promoties met maatschappelijke impact moeten ook verdedigd worden voor een commissie die de maatschappelijke groep vertegenwoordigt waarmee het onderzoek zich bezighoudt.’  

‘Dit leverde een hele leuke discussie op en er werd over doorgevraagd door de commissie. Ik realiseerde me dat het heel goed zou zijn als je de resultaten van je onderzoek voordat je gaat promoveren nog test bij je doelgroep. In Delft heb je een zogenaamde ‘mock defense’, een proef verdediging, en ik dacht: waarom zou je dat niet ook kunnen doen met mensen uit de samenleving: een ‘maatschappelijke verdediging’?’

‘Is dit relevant voor jullie?’

Het leek Maarten een goede manier om te leren communiceren over onderzoek met de doelgroep waarmee je direct te maken hebt gehad en om je onderzoek terug te brengen naar de mensen die je hebt onderzocht. ‘Daar komt in de praktijk niet veel van terecht, omdat het weinig prioriteit heeft. Ik denk dat het juist erg belangrijk is dat de doelgroep van je onderzoek ziet wat er met de resultaten gebeurt. Bovendien is het ook een test van je maatschappelijke relevantie. Mijn ervaring is dat er soms abstracties in wetenschappelijke onderzoek sluipen die niet meer corresponderen met de werkelijkheid.’

‘In mijn onderzoek ging het bijvoorbeeld over dromen van jonge plattelandsbewoners. Dat was onderdeel van een groter onderzoek op Europese schaal. Daaraan wordt gewerkt met onderzoekers uit meerdere landen. Die hebben onderlinge verschillen in data en ook andere methodiek om dat te interpreteren. Dat leidde soms tot een abstractieniveau dat weinig herkenbaar was voor de jongeren die ik had gesproken voor mijn onderzoek. Daarnaast is er een risico dat er een mensbeeld in het onderzoek sluipt waar mijn doelgroep niet meer in te herkennen is.’

Gelijk speelveld

Maarten wilde dus de resultaten van zijn onderzoek testen op zijn doelgroep. ‘Kloppen deze uitkomsten eigenlijk wel in jullie beleving? Zijn ze relevant voor jullie? Wat betekent dit voor jullie? Vinden jullie dit onderzoek de moeite waard?’

‘Het doel van een maatschappelijke verdediging zou volgens mij moeten zijn om een gelijk speelveld te creëren tussen de wetenschapper en het betrokken publiek. Als je je doelgroep als expert op je onderwerp serieus wilt nemen, dan moet je onderzoek zo presenteren dat zij er iets mee kunnen en er over mee kunnen praten.’

Persoonlijke vragen

Uiteindelijk besloot Maarten om een maatschappelijk verdediging te houden tijdens het zogeheten Plattelandsparlement van de LVKK (Landelijke Vereniging voor Kleine Kernen), waar hij voor werkt. Het Provinciehuis van Drenthe was op 9 november decor van een bijeenkomst met veel elementen uit het academische ritueel: een voorzitter, een commissie en het ‘hora est’. De commissie zag er daarentegen minder gebruikelijk uit. ‘Daarvoor heb ik drie maatschappelijk actieve jongeren gevonden. Er zat er bijvoorbeeld eentje in een Jongerenadviesraad en een andere werkte zelf aan de nieuwe dorpsvisie voor haar dorp. Ze verschilden ook in leeftijd, achtergrond en werkveld.’

Het werd een boeiende verdediging. ‘Het was leerzaam voor mij om te zien hoe zo’n gesprek met de samenleving verloopt. Ik kreeg kritische vragen over mijn onderzoeksaanpak, mijn resultaten, de betekenis ervan voor hen of dat hun persoonlijke ervaringen niet strookten met mijn onderzoek. Het leuke was dat ze ook hele andere vragen stelden dan de commissie bij mijn promotie, zoals: “Als je nu opnieuw zou mogen beginnen aan je onderzoek, wat zou je dan allemaal aanpassen?” Ze waren ook benieuwd naar wat ik op persoonlijk vlak met het onderzoek had en hoe het voor mij was om onderzoek te doen in de covid-periode.

Gelukkig waren Maartens opponenten tevreden over zijn antwoorden. ‘En, belangrijker nog, over het idee van de maatschappelijke verdediging. Zij vertelden dat het de wetenschap en hun dagelijkse realiteit dichter bij elkaar had gebracht. Zij en ik zijn dan ook enthousiast om dit vaker te doen!’

Voor herhaling vatbaar

Volgens Maarten zou de maatschappelijke verdediging echt iets kunnen toevoegen aan de afronding van een proefschrift. ‘Niet als verplichting, maar als een soort extra onderdeel, zeker bij proefschriften met een grote maatschappelijke component. Mijn opponenten gaven aan dat het ook een idee zou kunnen zijn voor scripties. Studenten hebben nu soms het idee dat ze ‘voor niemand’ een scriptie schrijven, die nadien in een la verdwijnt. Een verplichte maatschappelijke verdediging zou heel motiverend kunnen werken.’

Maarten Koreman is inmiddels Coördinator Beleid bij de Landelijke Vereniging voor Kleine Kernen (LVKK). Wil je meer weten over de maatschappelijke verdediging? Neem contact met hem op via mail.


Reacties

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *